Makita maakt zich sterk voor GS1 datapool: no data, no sales

Het bedrijf heeft daarvoor heel wat inspanning geleverd. Vooral omdat de aangedreven gereedschappen van Makita specifieke kenmerken hebben die niet gemeengoed zijn voor de artikelen in de doe-het-zelf- en tuinsector.

Makita ontwerpt en distribueert aangedreven handgereedschap voor professionele gebruikers, maar de gereedschappen liggen ook in bouwmarkten en tuincentra. “Intergamma heeft ons gevraagd om de artikeldata aan te leveren via de GS1 datapool. Een goede zaak, want wij geloven in standaardisatie”, vertelt Danny de Bont, die bij Makita onder meer verantwoordelijk is voor de consumentendistributie. “Op dit moment werken wij voor verschillende klanten met verschillende formulieren in verschillende bestandsformaten. Dat is op den duur niet meer bij te houden”, stelt De Bont.

'Verschillende klanten, verschillende formulieren en verschillende bestandsformaten. Dat is niet meer bij te houden'

Overbodige en onzinnige data

Nadat Makita zich had aangesloten bij GS1, constateerde De Bont dat de verplicht gestelde datavelden in de datapool niet goed aansloten op de praktijk voor aangedreven handgereedschappen. “Leveranciers en retailers hebben ooit bepaald dat data ingevoerd moest worden die in onze ogen overbodig en soms zelfs onzinnig was. Neem een veld als afwerking. Logisch dat dat veld verplicht is voor verf, waarbij een groot verschil bestaat tussen mat of hoogglans. Maar wat moet je invullen bij een boormachine?”

Met vertegenwoordigers van retailers en andere gereedschapsleveranciers heeft De Bont zitting genomen in de GS1 expertgroep ‘Aangedreven Gereedschappen’. Samen hebben ze deze productgroep product voor product besproken. Wat zijn de specificaties waarop gereedschappen en merken zich van elkaar onderscheiden? Wat zijn de kenmerken waarop consumenten zoeken? “Neem een vraag als het aantal accu’s dat met een schroefboormachine wordt meegeleverd. Dat mag geen verplicht veld zijn voor een 230 Volt-machine met een stekker.”

Nooit helemaal klaar

Op dit moment heeft de expertgroep naar schatting 50 tot 60 procent van de artikelen in de productgroep besproken. “Een enorme klus waarmee we nog lang niet klaar zijn”, zegt De Bont. “Daarom hebben we besloten nu even pas op de plaats te maken, zodat we de tot nu toe besproken wijzigingen kunnen doorvoeren en deze artikelen alvast goed in de datapool kunnen zetten.”

Het is bovendien een klus die volgens De Bont nooit helemaal klaar zal zijn. “Producten veranderen en markten veranderen. Daarom zullen consumenten in de toekomst andere vragen stellen als ze zich online oriënteren. Daarnaast zullen overheden met nieuwe verplichtingen komen, zoals het energielabel in het verleden. Dergelijke ontwikkelingen vragen dan weer om een aanpassing van het datamodel, waarbij bestaande velden zullen verdwijnen en nieuwe worden toegevoegd.”

Breed gedragen standaard

Dat Makita in de expertgroep samen met andere leveranciers van aangedreven gereedschappen optrekt, maakt de standaard alleen maar sterker. “De mix van leveranciers met A-merken zoals Makita en B-merken zorgt voor een goede balans. Sommige velden die voor ons niet interessant zijn, zijn voor een andere leverancier juist uiterst relevant. Ook retailers dragen soms goede argumenten aan om een veld verplicht te stellen dat in onze ogen niet relevant was. Allen door daarmee rekening te houden, krijgen we een standaard die in de sector breed wordt gedragen.”

Standaardisatie vraagt ook om aanpassingsvermogen van de betrokken partijen. “Neem als voorbeeld productafbeeldingen. Binnen GS1 zijn afspraken gemaakt over de wijze waarop producten worden gefotografeerd. Dat betekent dat wij veel producten opnieuw hebben moeten fotograferen. Dat was voor ons een grote kostenpost, maar met een goed resultaat. Eerlijk gezegd oogt onze website een stuk beter nu alle producten op dezelfde manier worden gepresenteerd.”

'Standaardisatie vraagt om aanpassingsvermogen van de betrokken partijen'

Efficiënter met eigen productinformatiesysteem

Ondertussen heeft Makita intern een en ander aangepakt op het gebied van data management. Intergamma ontvangt de artikeldata van Makita inmiddels via de datapool, maar daarvoor moeten De Bont en zijn collega’s die data wel zelf invoeren via de bijbehorende portal. “Ook dat is een intensief karwei. Op dit moment zijn drie mensen bijna fulltime bezig met artikeldata. Daarom zijn we bezig met een eigen productinformatiesysteem (PIM). Het doel is een machine-to-machine-koppeling, waarbij de juiste data op het juiste moment van ons PIM-systeem naar de datapool vloeit. Dat maakt het proces een stuk efficiënter.”

Goed dat ook tuin aan de slag gaat

Dat nu ook tuinretailers aan de slag gaan met de datapool, is alleen maar meegenomen. “Hoe meer retailers en leveranciers aanhaken, hoe beter”, stelt De Bont. “Iedereen noemt standaardisatie via datapools belangrijk. Maar zodra dat geld gaat kosten, vinden veel partijen het al wat minder belangrijk. In mijn ogen ligt het vrij simpel: no data, no sales. Als de data niet op orde zijn, kun je niets verkopen. Dat was voor ons de reden om direct 'ja' te zeggen tegen de GS1 datapool.”