7-6-2018

RIVM: GS1 datapool onmisbaar voor complete data over voeding

RIVM heeft zich aangesloten bij GS1 Data Source. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu volgt daarmee onder andere het Voedingscentrum. RIVM wil GS1 Data Source gaan gebruiken voor een aantal projecten waaronder de Monitor Herformulering en de Voedselconsumptiepeiling.

RIVM: GS1 datapool onmisbaar voor complete data over voeding - RIVM GS1 Data Source Onmisbaar Voor Complete Informatie Over Voeding

Het grote doel achter alles wat RIVM doet is het verbeteren van de gezondheid en de leefomgeving van de Nederlandse samenleving. Daar hoort ook het in kaart brengen en duurzamer maken van het Nederlandse voedingspatroon bij. Data, liefst veel en goede data, zorgt voor een accurater beeld.

Projecten waarvoor RIVM GS1 Data Source wil inzetten zijn onder meer de Monitor Herformulering en de Voedselconsumptiepeiling (VCP). Arienne de Jong, afdelingshoofd Voeding & Gezondheid: “GS1 Data Source is daarvoor een erg welkome aanvulling.” 

Inzicht in samenstelling producten

Het eerste project, Monitor Herformulering, evalueert het resultaat van het Akkoord Verbetering van Productsamenstelling (APV) waarin afspraken gemaakt zijn om het gehalte zout, verzadigd vet en suiker in producten te verlagen. De Jong: “Wij checken de samenstelling van producten waar zulke afspraken voor gemaakt zijn in de LEDA, de Levensmiddelendatabank. Zo kunnen we zien of er een verandering heeft plaatsgevonden in de samenstelling.” De GS1 datapool is een aanvulling op LEDA.

Informatie over wat Nederland eet

Ook bij het tweede initiatief, de Voedselconsumptiepeiling, moet GS1 Data Source het werk van RIVM een stuk makkelijker maken. De peiling is een meerjarenprogramma waarin de organisatie checkt wat de Nederlandse bevolking van jong tot oud eet. De Jong legt uit op welke manier het omarmen van GS1 Data Source moet gaan helpen: “Op dit moment komen we via interviews aan onze informatie. We bellen personen of spreken ze onder vier ogen. In totaal gaan we van 4.300 mensen na in hoe hun eetpatroon eruit ziet. Daarna vertalen we de voedingsmiddelen via het Nederlandse Voedingsstoffenbestand (NEVO) naar de hoeveelheid voedingsstoffen die we binnen krijgen. Met de ontwikkeling van een app met een barcode-scanfunctie die gekoppeld is aan de LEDA-database én GS1 Data Source willen we het binnenhalen van de vereiste informatie flink versnellen.”

GS1 Data Source moet het werk van RIVM een stuk makkelijker maken

De Jong stelt dat RIVM niet alleen behoefte heeft aan complete productdata, maar ook aan goede datakwaliteit. “Zodra we goed inzicht hebben in deze uitgebreide bron aan data, kunnen we ook stoppen met het benaderen en bezoeken van supermarkten voor het nagaan van de productsamenstelling.” Het afdelingshoofd stelt dat het zonder effectieve en accurate datapool vrijwel onmogelijk is om een exact beeld te krijgen van producten.

RIVM wil de eigen voedingsstoffentabel aan het eind van het jaar aan GS1 Data Source hebben gekoppeld. Op dit moment gaat RIVM grondig na wat er exact in de LEDA staat. Zijn gegevens over voedingsmiddelen niet compleet, dan vult RIVM deze vanuit de eerdergenoemde NEVO of vraagt informatie aan producenten. Voor voedingsstoffen die niet op het etiket vermeld staan, is aanvulling in ieder geval nodig. De Jong: “Het automatisch koppelen van GS1 Data Source aan NEVO is op dit moment nog niet mogelijk. We streven ernaar dit eind 2018 gereed te hebben.”

Over het belang van de GS1 datapool is De Jong stellig: “Het is een goede basis als bron van gegevens voor de overheid. Deze kan hierop zijn beleid baseren en aangeven op welke manier het eventueel wil ingrijpen. Het is onder andere een middel om te controleren of de herformulering van productsamenstellingen snel genoeg verloopt. Hoe beter de data als basis, des te beter is het mogelijk om daarop beleid aan te sluiten.”

Duurzame toekomst

De kwaliteit en compleetheid van productdata is volgens De Jong ook naar de toekomst toe van groot belang. “Met name waar het duurzaamheid aangaat. Dankzij GS1 Data Source zullen we een beter beeld hebben van hoe duurzaam de producten zijn die we eten.” De ingrediëntendata uit de LEDA is te gebruiken voor het maken van een levenscyclusanalyse (LCA), hiermee is de milieubelasting van een product te bepalen.